In de grafiek (fig. 1) lezen we af dat er bij een spanning van 12,0 V een stroom loopt van 0,78 A. Met de
Voor de weerstand van een draad geldt R = ρ·L/A. Als we de formule
Afgerond is dit een lengte van 8,2 m.
Als de weerstand van het lampje constant zou zijn zou de I,U-grafiek In fig. 2 een schuine recht lijn zijn. Te zien is dat de grafiek bij toenemende spanning niet recht is maar naar beneden afbuigt. Bij hogere spanning loopt er dus minder stroom. Dit betekent dus dat de weerstand toeneemt bij hogere spanning.
Eerder gestelde vragen | Elektriciteit
Op zondag 24 nov 2024 om 17:16 is de volgende vraag gesteld
Hai Erik, bij vraag A moet je een voltmeter en amperemeter toevoegen aan de schakeling, misschien ligt het aan mij hoor, maar ik kan nergens de uitwerkingen daarvan vinden?
Op zondag 24 nov 2024 om 17:47 is de volgende reactie gegeven
Beetje verwarrend maar er bestaan meerdere ccvx-opgaven die “Elektriciteit” heten. Bij de opgave uit voorbeeldtentamen 12 wordt inderdaad gevraagd om een schakeling. Als je daar kijkt staat (onderaan) de tekening van de schakeling die ze vragen.