(Φ) verandert. In formulevorm:
In fig 2. is te zien dat de flux op t=0,12 s steiler loopt dan op t=0,17 s. Dit betekent dat de flux sneller verandert op t=0,12 s en dat de inductiespanning op dat moment groter is.
Zie afbeelding hieronder in het blauw. 4 hele periodes duren 0,71 s. T is dus gelijk aan 0,71/4 = 0,1775 s. Voor de
frequentie vinden we dan
f = 1 / T
f = 1 / 0,1775
f = 5,6338 Hz
Afgerond een frequentie van 5,6 Hz.
Eerder gestelde vragen | Licht uit spierkracht
Over "Licht uit spierkracht" zijn nog geen vragen gesteld.