Inloggen

Warmte

CCVX Voorbeeldtentamen 4 | Opgave 4

Opgaven komen van de CCVX-website. Kom je er zelf niet zelf uit? Dan kun je hieronder je vraag stellen. Ook kun je hieronder eerder gestelde vragen over deze opgave vinden.

Vraag a

Het water had een begintemperatuur van 27° en een eindtemperatuur van 77°. Het is dus 77 - 27 = 50 °C of K in temperatuur gestegen. De warmteopname kunnen we dan berekenen met de soortelijke warmte van water. We berekenen hiervoor eerst de massa van het water. Het water in de pan heeft een vorm van een cilinder met diameter 20 cm en hoogte 15 cm. Het volume is dan

V = h · πr2

V = 0,15 · π · 0,102

V = 4,7124·10-3 m3

De massa berekenen we dan met de dichtheid van water (Binas tabel 11)

m = ρ·V

m = 998,2 · 4,7124·10-3

m = 4,7039 kg

Voor de opgenomen warmte geldt

Q = c·m·ΔT

Invullen van

c = 4,180·103 (Binas tabel 8)
m =4,7039 kg
ΔT = 50 °C

geeft

Q = 9,831·105 J

Afgerond een warmte van 9,8·105 J.

Vraag b

Als we aannemen dat de pan steeds dezelfde temperatuur als het water heeft is de pan ook 50° C in temperatuur gestegen. Voor de warmtecapaciteit (C) van de pan vinden we dan met Q = C·ΔT

C = Q / m

C = 50·103 / 50 = 1,0·103 J/°C




Voor de complete uitwerkingen moet je eerst inloggen.









Vraag over "Warmte"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Warmte

Op vrijdag 19 apr 2024 om 23:26 is de volgende vraag gesteld
hoe kom je aan de formule V = h · πr2?

Erik van Munster reageerde op vrijdag 19 apr 2024 om 23:31
Dat is de formule waarmee je de inhoud van een cilinder berekent. Staat in Binas tabel 36.