Inloggen

Betelgeuze
vwo 2009, 1e tijdvak, opgave 5

























Vraag over "Betelgeuze"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Betelgeuze

Op dinsdag 12 mrt 2024 om 00:19 is de volgende vraag gesteld
Dag Erik,
Zou je onderstaande berekening die bij vraag 22 hoort nader willen toelichten? Ik heb het meerdere malen geprobeerd, maar ik heb moeite met het begrijpen van dit specifieke deel: "4x 0,000549" in de berekening Δm = (0,01892 - 4 * 0,000549) u = 0,01673 u.

Ik begrijp dat de massa van het elektron al is opgenomen in de waarde "0,01892". Waarom trekken we nu opeens 4 keer de massa van een elektron af van het oorspronkelijke resultaat? Alvast bedankt voor je hulp.

Erik van Munster reageerde op dinsdag 12 mrt 2024 om 00:49
Volgt uit de regel die erboven staat. Als je alle elektronmassa’s die daar staan doorrekent hou je -4me over:

2*(… -14me) - (… -26me + 2me)

Als je alle haakjes wegwerkt en goed op de mintekens let staat er

-28me + 26me - 2me = -4me

Vandaar


Op vrijdag 5 apr 2019 om 22:42 is de volgende vraag gesteld
Beste Erik,
Hoe bepaal je eigenlijk de afstand planeet-aarde? Bijvoorbeeld pluto tot de aarde ?
Mvg

Erik van Munster reageerde op zaterdag 6 apr 2019 om 10:39
De afstand van een planeet tot de zon kun je in BINAS tabel 31 vinden. Omdat planeten (ongeveer) in cirkelvormige banen om de zon draaien is deze afstand (ongeveer) constant.

De afstand van de aarde tot een planeet hangt af van de stand van de aarde en de planeet ten opzichte van elkaar. Ze kunnen allebei aan dezelfde kan van de zon staan, dan is is afstand het kleinst. Of ze kunnen juist aan tegenovergestelde kanten staan, dan is de afstand het grootst.

Kortom: De afstand van een planeet tot de aarde kun je niet zomaar weten tenzij je andere gegevens hebt over de stand van de planeet.


Op dinsdag 9 okt 2018 om 12:34 is de volgende vraag gesteld
Ik heb een vraag over vraag 24. In het correctievoorschrift staat dat de afstand tot Betelgeuze 6200 . 10^15 m is. Ik vroeg me af hoe ze op deze waarde komen. Zou je niet de waarde 470 . 10^16 m kunnen gebruiken?

Alvast Bedankt.

Erik van Munster reageerde op dinsdag 9 okt 2018 om 14:37
Dit is een oude opgave uit 2009. 6200*10^15 m is de afstand die in de oude BINAS staat, vandaar dat ze daar hier in deze opgave mee rekenen.

De afstand waar je nu mee zou moeten rekening zou inderdaad 470*10^16 m moeten zijn.


Op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:28 is de volgende vraag gesteld
Bij vraag 22 halen ze de elektronmassa's eraf. Hoe komen ze bij (de hoeveelheid van) deze elektronmassa's?
Er staat in de beoordeling dat je een punt krijgt voor het zien dat 1 u overeen komt met 931,... MeV of het gebruiken van E = m . c^2.
Zou je dit punt dan niet krijgen als je in dezelfde tabel waarin staan dat 1 u = 931 MeV is , afleest dat 1 u = 1,492 . 10^-10 J ?
Alvast bedankt

Erik van Munster reageerde op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:44
De massa's die in BINAS tabel 25 staan zijn de atoommassa's (staat er ook boven). Dit wil zeggen de massa inclusief de bij het atoom horende elektronen. Als je dus de massa van de ker nwil weten moet je de elektronenmassa hiervan aftrekken.

Om een atoom zitten normaal altijd evenveel elektronen als er protonen in de kern zitten. Aantal elektronen is dus gewoon het atoomnummer/laddingsgetal.

Op zaterdag 25 mrt 2017 om 19:42 is de volgende reactie gegeven
Bedankt!
Bij eerdere opgaven die ik heb gemaakt over energieverlies met een reactievergelijking hoefde er nooit rekening te worden gehouden met de elektronen. Bijv. in opgave 25 van examen 2015 - 2. Hier werd alleen naar de massa gekeken die in BINAS 25 staat. Waarom moet hier de elektronen er nog vanaf? Ligt dat aan de opgave?

Erik van Munster reageerde op zaterdag 25 mrt 2017 om 21:14
Als er aan de linkerkant en de rechterkant van de pijl evenveel elektronen in de kernen zitten hoef je de elektronenmassa er niet af te trekken. Voor het verschil maakt het namelijk niks uit. Dat is hier niet zo: Links zou je, als je er geen rekening mee zou houden, 28 elektronenmassa's teveel tellen en rechts 26 elektronenmassa's. Vandaar.

Beste is om altijd even goed op te letten en in je achterhoofd te houden dat de massa's in BINAS atoommassa's zijn en geen kernmassa's.


Op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:10 is de volgende vraag gesteld
Bij vraag 21 wordt een formule met kw, de constante van Wien gebruikt.
Hoe komen ze bij deze formule en Wat de constante van Wien precies in? Is hier ook een filmpje over?
Bedankt!

Erik van Munster reageerde op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:41
Zeker: De videoles heet "Wet van Wien" en staat onder het kopje "Sterren & Straling"


Op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:00 is de volgende vraag gesteld
Bij vraag 20 staan in het antwoordmodel dat in BINAS 32B staat dat r betelgeuze = 700 . 10^9 m
Klopt het dat dit niet in de nieuwe editie van BINAS staat?
Wel staat in BINAS dat de straal van betelgeuze tov de zon 700 is.
Kan ik hieruit concluderen dat de straal van betelgeuze 700 . de straal vd zon = 700 . (6,963 . 10^8) = 4,87 . 10^11 m is?

Erik van Munster reageerde op zaterdag 25 mrt 2017 om 17:40
Klopt, in de nieuwe BINAS staat de straal t.o.v. de zon. In de oude BINAS stond hij in meters. Je berekening is goed hoor en je ziet dat de gegevens in de oude BINAS inmiddels achterhaald zijn. Bij deze vraag (uit 2009) gaan ze uit van de gegevens zoals die in de oude BINAS stonden.


Azhaar Ramsaroep vroeg op zondag 19 mrt 2017 om 16:56
Hi,
Ik heb een kort vraagje. Bij vraag 21 wordt er gebruik gemaakt van T=3300 K, maar ik snap niet waar dit vandaag komt. In mijn binas in tabel 32B staat er bij betelgeuze namelijk een waarde van 3600 K voor de effectieve temperatuur. Van waar komt de T= 3300 k vandaan?

Erik van Munster reageerde op zondag 19 mrt 2017 om 17:20
Dag Azhaar,

Klopt, in de nieuwste editie van BINAS staat inderdaad 3600 K. In de oude editie die bij dit examen in 2009 gebruikt werd stond een temperatuur van 3300 K. Vandaar...


Kirsten Maliepaard vroeg op maandag 30 jan 2017 om 14:18
Hoi,
Bij vraag 24 begrijp ik niet waar ze in de formule: E = (0,390 x 10^27) x (10 x 10^9) x (3,15 x10^7), de 3,15 x 10^7 vandaan halen. Zou u dit aan mij kunnen uitleggen?

Erik van Munster reageerde op maandag 30 jan 2017 om 14:28
Dag Kirsten,

3,15*10^7 is het aantal seconden in één jaar. Dit heb je hier nodig omdat deze vraag gaat over de energie die de zon in 10 miljard jaar uitzendt en omdat het vermogen van de zon de energie per seconde is. Vandaar.