Inloggen

Duimpiano
vwo 2012, 2e tijdvak, opgave 1

























Vraag over "Duimpiano"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Duimpiano

Op zondag 14 jul 2024 om 11:57 is de volgende vraag gesteld
Hi, bij opdracht 2, vanaf waar tot waar moet je meten? ik heb gemeten van de stippellijn tot het einde maar kom uit op 50mm, het kan ook zijn dat het komt doordat ik via de computer meet maar wilde het even voor de zekerheid weten

Op zondag 14 jul 2024 om 12:05 is de volgende reactie gegeven
Zou je bij vraag 3 ook kunnen redeneren door middel van de formule c= labda x f, dat de voortplantingssnelheden nooit hetzelfde kunnen zijn omdat de golflengtes niet het zelfde zijn omdat de snaren niet even lang zijn. Ook zijn de frequenties niet even groot dus zou de snelheid ook niet hetzelfde zijn. Verder had ik hetzelfde gedaan als bij vraag 2 en de snelheid berekend van de snaar en dat vergeleken met de snelheid die ik heb gevonden bij vraag 2 en zo geredeneerd dat ze niet hetzelfde zijn. Ik zou zelf namelijk niet op deze manier zijn gekomen.

Erik van Munster reageerde op zondag 14 jul 2024 om 14:08
Opmeten van de lengte kan eigenlijk alleen goed als je het originele examen hebt afgedrukt op je juiste grootte. Dus kan best dat je op een andere lengte komt.

Erik van Munster reageerde op zondag 14 jul 2024 om 14:11
Ja kan ook op andere manieren aantonen dat de voortplantingssnelheid anders is. Vandaar dat er ook “voorbeeld van een antwoord” in het correctievoorschrift staat.

Moet alleen niet “c” gebruiken bij snelheid maar “v”. Symbool c gebruik je alleen bij lichtsnelheid.


Op zondag 25 feb 2024 om 15:01 is de volgende vraag gesteld
Ik snap niet waarom ¼lambda is gebruikt bij vraag 2 en wat heeft de lengte van lamda te maken met de buik en knoop vsn de instrument

Erik van Munster reageerde op zondag 25 feb 2024 om 15:52
De metalen strips zitten aan één kant vast en het andere uiteinde is los. Dit betekent aan de kant waar de strip vastzit een knoop (K) en aan de andere kant een buik (B). Dit is hetzelfde als bij een eenzijdig gesloten buis (zie de videoles hierover). Bij zo’n soort staande golf is de golflengte in de grondtoon altijd een kwart van de lengte. Vandaar.


Op zondag 17 jan 2021 om 20:40 is de volgende vraag gesteld
Gaat het hier over een gesloten buis? Want bij vraag 2 gebruiken ze 1/4 λ, en die hoort bij de formule van een gesloten buis, alleen het instrument bevat toch geen buis? Hoe zou ik dit moeten weten?

Erik van Munster reageerde op zondag 17 jan 2021 om 23:21
Inderdaad is er geen “buis” hier. Dus daar kun je hier niet aan zien welke formule je nodig hebt.

Wat je wel kan doen is kijken naar hoe de strip trilt. Je ziet dat de strip aan één kant vast zit en dat het andere uiteinde vrij kan trillen. Aan de vast kant ontstaat dus een knoop (K) en aan de vrije kant ontstaat een buik (B). Dit is hetzelfde als wat er in een aan één kant gesloten buis gebeurt: ene uiteindeneen knoop andere uiteinde een buik. Vandaar dat hier ook 1/4 lambda in de lengte van de strip past.


Op woensdag 24 apr 2019 om 11:08 is de volgende vraag gesteld
Bij vraag 3 snap ik dit niet zo goed: Er geldt een omgekeerd evenredig verband tussen de frequentie en de golflengte. Als de golfsnelheden gelijk zijn, moet dus gelden f4/f3 = labda3/labda 4. Kunt u dat uitleggen? Alvast bedankt!

Erik van Munster reageerde op woensdag 24 apr 2019 om 12:35
Voor verband tussen frequentie en golflengte geldt (volgt uit v = f *λ)

λ = v/f

Als v constant is staat hier λ = constante * 1/f en dit is een omgekeerd evenredig verband.
Voor λ3 en λ4 geldt dan

λ3 = v / f3
λ4 = v / f4

Als je deze door elkaar deelt en uitschrijft krijg je

λ3 / λ4 = (v/f3) / (v/f4)

De v valt weg uit teller en noemer

λ3 / λ4 = (1/f3) / (1/f4)

Als je nu teller en noemer met f4 vermenigvuldigt wordt dit

λ3 / λ4 = (f4/f3) / (f4/f4)

λ3 / λ4 = (f4/f3) / 1

λ3 / λ4 = f4 / f3

Zo dus....


Op dinsdag 27 feb 2018 om 17:28 is de volgende vraag gesteld
Vraag 2. Waarom wordt er gewerkt met l =1/4 λ?

aangezien het 349 Hz betreft bij strip 3 zou je toch zeggen dat bij deze formule l= (2n-1)x 1/4
n=2
Echter wordt er blijkbaar vanuit gegaan dan n=1 waarom?
Hoe komen ze bij l=1/4λ?

Erik van Munster reageerde op dinsdag 27 feb 2018 om 18:02
In de opgave staat dat de frequenties die in de tabel staan horen bij een trilling in de grondtoon. Grondtoon wil zeggen de laagst mogelijke frequentie en dit is de staande golf met de grootste golflengte: namelijk n=1.
Vandaar.