Inloggen

ECG in MRI
vwo 2022, 2e tijdvak, opgave 2




Vraag 8

In de opgave staat dat het ECG (figuur 1) op ware grootte staat afgedrukt. Opmeten (op het originele opgaveblad) geeft een afstand van 88 mm tussen 4 hartslagen. Bij 25 mm/s betekent dit een tijd per hartslag van

t = ¼·88 / 25 = 0,88 s

Het aantal sgalen in een minuut is dan

60 / 0,88 = 68,1818

Afgerond is dit een hartritme van 68 BPM.

Vraag 9

Volgens de wet van Kirchhoff voor spanning geldt binnen een kring dat de som van de spanningen 0 V is.

Σ U = 0 V

Dit betekent dat

UAB + UBC + UCA = 0

De spanningsmeter tussen C en A zit met de minpool vast aan A en met de pluspool aan C. Eigenlijk wordt dus niet UCA gemeten maar UAC. Dit is precies even groot alleen tegengesteld. Als we UCA vervangen door -UAC vinden we

UAB + UBC - UAC = 0

Hieruit volgt

UAC = UAB + UBC

De spanning gemeten tussen A en C is dus inderdaad de optelsom van de spanning tussen A en B en de spanning tussen B en C.

Vraag 10

Bij een CT-scan wordt de patiënt doorgelicht met ioniserende straling (röntgen). MRI wordt gebruik gemaakt van een sterk magneetveld gecombineerd met radiostraling. Ioniserende straling is schadelijk, radiostraling en een magneetveld niet.

Vraag 11

In de figuur (zie hieronder) bewegen de positieve ionen met de bloedstroom naar rechts en is de stroomrichting (blauw) dus ook naar rechts. Het magneetveld (groen) is naar boven gericht. Met de linkerhandregel volgt dan dat de lorentzkracht naar je toe (het papier uit) is gericht (rood). De negatieve ionen bewegen ook naar rechts maar, vanwege de negatieve lading, is de stroomrichting naar links. Met de linkerhandregel vinden we dan een lorentzkracht van je af (het papier in).

De kant die in de figuur naar ons toegericht is de patiënt zijn linkerkant. De kant die van ons af gericht is de de patiënt zijn rechterkant. Door de lorentzkracht op de positieve en negatieve ionen in het bloed zal de linkerkant positiever worden en de rechterkant negatiever. Het spanningsverschil tussen links en rechts wordt gemeten door de spanningsmeter tussen A en B (UAB) en de invloed op deze spanningsmeter zal dus het grootst zijn.

Vraag 12

Met de in de opgave gegeven formule Uls = v·B0·d kunnen we uitrekenen wat de afstand tussen de ladingen is (d). Hiervoor moeten we eerst stroomsnelheid van het bloed uitrekenen met v = Q/A. Een volume van 600 mL per seconde komt neer op

Q = 0,60·10-3 m3s-1

Voor het oppervlak van de doorsnede van de aorta vinden we, als we even aannemen dat het cirkelvormig is,

A = πr2 = π·(½·3,0·10-2)2

A = 7,0686·10-4 m2

Voor de stroomsnelheid vinden we dan

v = 0,60·10-3 / 7,0686·10-4

v = 0,84882 ms-1

We vullen in

Uls = 1,0·10-3 V
B0 = 3,0 T
v = 0,84882 ms-1

We vinden dan

d = Uls / v·B0

d = 1,0·10-3 / (3,0 · 0,84882)

d = 3,92702·10-4 m

Dit is 0,39 mm en is kleiner dan de diameter van de aorta. Het optreden van de ladingsscheiding kan dus een verklaring zijn voor het gemeten spanningsverschil.










ecginmri-1



Vraag over "ECG in MRI"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | ECG in MRI

Op zaterdag 22 jun 2024 om 22:35 is de volgende vraag gesteld
hallo, hoe kan het dat bij het berekenen van de snelheid bij de laatste vraag ik als maar niet uitkom op 0,84883. ik blijf maar 0,933708 zien, is dit misschien een fout in de uitwerking?

Erik van Munster reageerde op zaterdag 22 jun 2024 om 23:39
Nee hoor, ligt niet aan jou. Er stond 660 mL per seconde in plaats van 600 mL. Heb het net verbeterd en het staat er nu goed.


Op zondag 5 mei 2024 om 13:56 is de volgende vraag gesteld
Hallo Erik,

ik heb bij vraag 10 gezegd dat een ct-scan slechter is voor de patiënt omdat de ct scan gebruik maakt van radioactieve stoffen en dat de MRI- scan geen radioactieve stoffen gebruikt. Is dit ook correct?

Erik van Munster reageerde op zondag 5 mei 2024 om 15:05
Ja is goed. Ik zou er wel bij zeggen dat het de ioniserende straling die van de radioactieve stof komt is die voor de schade zorgt


Op zondag 5 mei 2024 om 12:04 is de volgende vraag gesteld
hoi ik snap bij vraag 8 niet hoe ze komen bij 8,8 cm. als ik de bovenste pieken op meet van 1 tot de 5e piek krijg ik 7,6 cm.

Erik van Munster reageerde op zondag 5 mei 2024 om 13:10
8,8 cm meet je alleen als je de opgave op exact dezelfde grootte afdrukt als het originele examen. Het zou hieraan kunnen liggen.

Op zondag 5 mei 2024 om 13:28 is de volgende reactie gegeven
Yes, het is gelukt. Dankuwel


Op zaterdag 28 okt 2023 om 11:48 is de volgende vraag gesteld
Hoi, 'eigenlijk wordt niet Uca gemeten maar U' dit snap ik niet zo goed? En waarom verandert deze spanning ineens in Uac, je kijkt toch met de kijkrichting mee wat met de wijzers van de klok mee is?

Erik van Munster reageerde op zaterdag 28 okt 2023 om 12:47
[In plaats van U had hier Uac moeten staan, net verbeterd]

Klopt, je kijkt bij de wet van Kirchhoff in één bepaalde richting. Maar hier gaat het erom dat één van de spanningsmeters 'verkeerd om' zit aangesloten als je het vergelijkt met de andere spanningsmeter. Vandaar het minteken dat er voor komt.


Op zondag 14 mei 2023 om 09:41 is de volgende vraag gesteld
Hi, ik heb net de uitleg video gekeken van de wet van kirchhoff want ik snapte 9 niet, maar klopt het dus dat Uca negatief word genomen omdat de batterij met stroomrichting en de kijkrichting mee is (en daardoor dus negatief)?

Op zondag 14 mei 2023 om 09:44 is de volgende reactie gegeven
Dan snap ik hem namelijk toch niet, dan is het toch U = Uab + Ubc - Uca.
En dan: Uca = Uab + Ubc.
maar dan heb je niks gedaan met die ac

Erik van Munster reageerde op zondag 14 mei 2023 om 10:44
Volgens Kirchhoff is de som van de spanningen in een kring altijd nul. Dus

Uab + Ubc + Uca = 0

Maar Uca wordt “andersom” gemeten dan de andere spanningen. Kijk maar hoe de + en de - van de spanningsmeter vastzitten. Eigenlijk zou je het Uac moeten noemen en is Uca gelijk aan -Uac dus

Uab + Ubc - Uac= 0

Uab + Ubc = Uac

(Het heeft dus niks met een batterij te maken want die zit ook niet in de kring.)


Op vrijdag 12 mei 2023 om 20:47 is de volgende vraag gesteld
Hoi
Ik snap bij vraag 8 niet waarom ze gaan opmeten hoeveel de afstand is bij 4 golven.

Erik van Munster reageerde op vrijdag 12 mei 2023 om 20:58
Je kunt ook de tijd van 1 periode aflezen alleen is het lastig om dit heel precies doen. Als je 4 perioden meet en dan door 4 deelt is het nauwkeuriger.

(Omdat je van te voren niet weet wat de marge is die je in je antwoord mag hebben is het het best om zo nauwkeurig mogelijk de periode te bepalen. Vandaar dat je zoveel mogelijk periodes probeert op te meten.)


Op zaterdag 18 mrt 2023 om 12:09 is de volgende vraag gesteld
Hi,
Ik snap bij vraag 9 niet dat je Uac kan schrijven als -Uac. Want er staat dat U gemeten wordt, dat snap ik ook niet....

Erik van Munster reageerde op zaterdag 18 mrt 2023 om 12:44
Uac is de spanning die gemeten wordt als de meter wordt aangesloten zoals in het plaatje: de plus aan C en de - aan A.

Als je het kringetje volgt A -> B -> C zitten de meters AB en BC op dezelfde manier aangesloten. Alleen meter AC zit “verkeerd om” vergeleken met de anderen. Vandaar dat datgene wat gemeten wordt met deze meter als negatief meetelt in de wet van Kirchhoff.

Op zondag 19 mrt 2023 om 23:04 is de volgende reactie gegeven
Maar de spanning loopt toch van plus naar min, waarom doen ze dan niet Uab en Ubc min en dan Uac plus, want die loopt wel van plus naar min..

Erik van Munster reageerde op zondag 19 mrt 2023 om 23:42
Klopt. Maar dan is ook nog steeds Uac gelijk aan Uab+UBc.

Op maandag 20 mrt 2023 om 01:04 is de volgende reactie gegeven
Maar waarom nemen ze voor C naar A min, want dan ga je toch juist van de plus naar de minpool

Erik van Munster reageerde op maandag 20 mrt 2023 om 07:10
Enige wat je ziet is dat AC andersom zit aangesloten dan de andere 2.
Zie opmerking bij “Energie voor een weerstation”. Het maakt niet uit of je het + of - noemt zolang het onderling maar klopt (met de andere componenten in de kring).

(In dit geval helemaal want er is geen batterij in de stroomkring maar een hart dat zowel voor positieve ala negatieve spanningen kan zorgen en je kunt ook niet een bepaalde stroomrichting aangeven.)