Inloggen

Hogesnelheidstrein
vwo 2006, 2e tijdvak, opgave 1

























Vraag over "Hogesnelheidstrein"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Hogesnelheidstrein

Op donderdag 5 jul 2018 om 20:13 is de volgende vraag gesteld
Ik snap bij vraag 4 niet hoe ze tot het antwoord zijn gekomen, zou u het ,misschien kunnen toelichten?

Erik van Munster reageerde op vrijdag 6 jul 2018 om 10:38
Je moet hiervoor eerst bedenken dat er maar twee krachten zijn die op de ring werken: Fz en Fspan. Ze staan niet in dezelfde richting of loodrecht dus als je ze wil optellen moet je één van beide ontbinden. In het correctievoorschrift kun je zien hoe je de spankracht ontbindt in twee componenten:De verticale component van Fspan is even groot (en even lang) als Fz. Deze twee heffen elkaar dus op. De enige kracht die je over houdt is de horizontale component van de spankracht. Dit is het kline pijltje dat vanaf het zwaartepunt (Z) naar links wijst. Omdat dit de enige kracht is dit over blijft is dit ook meteen Fres. Hierna kun je met de tweede wet van Newton (F=M*a) uitrekenen hoe groot de versnelling is.

Als je meer uitleg wil: Opgave 25 in het KrachtenVWO (via het menu hierboven: klik op "oefenen") gaat over iets wat hier heel erg op lijkt. Uitwerking hiervan staat ook op de site.