Inloggen

Langlaufen in klassieke stijl
vwo 2023, 1e tijdvak, opgave 1




Vraag 1

De afstand kun je uit een v,t-grafiek halen met de oppervlakte- of hokjesmethode. De bewegingscylus is de periode tussen t = 1,97 en 4,1 s. Het aantal hokjes tussen de grafiek en de x-as is 11,6 (zie figuur hieronder). Per hokje is de afgelegde afstand gelijk aan 0,5 s · 0,5 ms-1 = 0,25 m. Voor de totale afstand vinden we dan

s = 11,6 · 0,25 = 2,9 m



langlaufen-1




Als je de complete uitleg bij oudere examenopgaven wil zien moet je eerst inloggen.






Vraag over "Langlaufen in klassieke stijl"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Langlaufen in klassieke stijl

Op dinsdag 6 feb 2024 om 18:23 is de volgende vraag gesteld
Vraag 2

Is het fout als je het benaderd door te zeggen 392 N > 300 N door Fv=Cu 100x10^3 x 3,0x10^-3 te doen?
Doordat de veerkracht van de ski's kleiner zijn dan de Fz op de ski's van de persoon zakken de ski's door.

Erik van Munster reageerde op dinsdag 6 feb 2024 om 21:25
Nee hoor. Is ook prima als je het zo doet. Mits je goed uitlegt wat je doet kun je de vraag op meerdere manieren beantwoorden.


Op donderdag 7 dec 2023 om 15:21 is de volgende vraag gesteld
Ik snap niet hoe dat de massa niet rechtevenredig is met fd als dat er wel staat in de uitleg?

Erik van Munster reageerde op donderdag 7 dec 2023 om 16:37
Aan de formule zie je dat Fw en Fn rechtevenredig met elkaar zijn. Fn is evenredig met de massa en dus zijn Fw en massa recht evenredig met elkaar.

Maar dat is hiet niet wat de vraag is. De vraag gaat over de constante f, die in de formule staat. Als de massa en Fn veranderen verandert Fw ook maar f blijft gelijk. f is dus niet van de massa afhankelijk en dus ook niet evenredig met de massa.