Vraag 13
193 nm is 1,93·10
-8 m. In Binas tabel 19A vindt je een overzicht van het
elektromagnetisch spectrum. Hierin is te vinden dat golflengtes in de orde van grootte van 10
-8 m horen bij het ver ultraviolet (UV). Juist is dus
antwoord C.
Vraag 14
De begintemperatuur van het tin is 7·10
2 K. Dit ligt ver boven het smeltpunt van tin (505 K volgens Binas tabel 8) dus het tin is in het begin vloeibaar. Het tin gaat, nadat het door de laserpulsen is getroffen, over van de vloeibare fase naar de gasfase. Deze
faseovergang heet
verdampen.
Vraag 15
Per puls draagt de laser 1,5·10
-4 J aan energie over. Om op een totale energie van 2,5 J te komen zijn dus 2,5 / 1,5·10
-4 = 16667 pulsen nodig. In figuur 4 kun je aflezen dat een complete puls 8,0 μs duurt. Voor de tijd nodig voor 16667 pulsen vinden we dan
t = 16667 · 8,0·10
-6 = 0,1333 s
Afgerond is er dus 0,13 s nodig om het tin in de gasfase te krijgen.
Vraag 16
Uit de gegeven
fotonenergie kunnen we met E
f = h·c/λ de bijbehorende golflengte uitrekenen. Omschrijven geeft
λ = h·c / E
fDe constante van Planck (h) en de lichtsnelheid (c) vinden we beide in Binas tabel 7. Invullen geeft
λ = 6,626·10
-34 · 2,9979·10
8 / 1,47·10
-17λ = 1,3513·10
-8 m
Dit is gelijk aan 13,513 nm. Dit is een factor 193 / 13,513 = 14,28 kleiner dan de oorspronkelijk golflengte. Omdat de minimale breedte die gemaakt kan worden evenredig is met de gebruikte golflengte zal ook de minimale breedte een factor 14,82 kleiner worden. In plaats van 25 nm wordt dit
25 nm / 14,28 = 1,751 nm
Afgerond is dit een minimale breedte van 1,8 nm.