Inloggen

Protonentherapie
vwo 2010, 2e tijdvak, opgave 4

























Vraag over "Protonentherapie"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Protonentherapie

Op zondag 14 mei 2023 om 09:44 is de volgende vraag gesteld
Hallo,

Ik snap vraag 16 niet hoe de uitkomst ontstaat.

Erik van Munster reageerde op zondag 14 mei 2023 om 10:55
Als alles 10 cm minder diep moet zijn schuift de grafiek 10 cm naar links. De beginenenergie van de deeltjes is dan 150 MeV.

(Je kunt ook gewoon aflezen wat de energie is bij 16 cm (26 cm min 10).


Op woensdag 20 jan 2021 om 09:51 is de volgende vraag gesteld
Hallo,
hoe komen ze bij opgave 19 bij de q (de lading)? Moet je dan iets omzetten? of is het gewoon de elementaire ladingsquantum? want dat is toch alleen de lading van een elektron en niet een proton? of is dat hetzelfde?

Erik van Munster reageerde op woensdag 20 jan 2021 om 16:42
Ja, de lading van een proton is even groot als die van het elektron. Alleen is het bij een proton + en bij een elektron -. Allebei het "elementair ladingskwantum" e in Binas tabel 7.


Op dinsdag 10 nov 2020 om 14:32 is de volgende vraag gesteld
Beste Erik,

Ik snap niet hoe ze bij het antwoord van opgave 20. Althans imo is E(Mev)= U x Q x (1.602x 10^-13)

Wat doe ik fout?

Bvd,
Lars

Erik van Munster reageerde op dinsdag 10 nov 2020 om 15:20
De energie heb je bij opgave 19 al berekend. Dit is de kinetische energie van de protonen (met 1/2 mv^2). Je komt daar als het goed is op 6,76*10^-14 Joule. Bij vraag 20 wordt gevraagd om dit om te rekenen naar MeV. Dit doe je door te delen door 1,602*10^-19 (naar eV) en daarna door 1e6 (naar MeV). Je deelt dan dus eigenlijk door 1,602*10^-13.

6,76*10^-14 / 1,602*10^-13 = 0,42 MeV

Zo dus


Op woensdag 24 apr 2019 om 17:39 is de volgende vraag gesteld
Hoi Erik, ik snap vraag 14 niet:
'Voor een indringdiepte van 22,5 cm is de helling gelijk aan 10 MeV cm-1. Voor waarden kleiner dan 22,5 cm is de stopping power kleiner dan 10 MeV cm-1.'
Hoe komen ze op 22,5, daar hoort toch ongeveer 75 MeV bij? En de tweede zin snap ik ook niet, als je op de horizontale as meer naar 0 gaat ,wordt MeV per cm toch juist groter?

Erik van Munster reageerde op woensdag 24 apr 2019 om 18:23
De stopping-power (staat uitgelegd) is hoeveel de energie afneemt per centimeter. Op punten waar de grafiek steil naar beneden loopt is de stopping-power dus het grootst want daar neemt de energie het snelst af per cm. De helling van de grafiek is dus de stopping-power.

Een stopping-power van 10 MeV per cm betekent dat de energie in één cm 10 MeV afneemt. Bij 5 cm (breedte van een hokje) zou de energie dan 50 MeV afnemen. Dit is precies de hoogte van een hokje. Een stopping-power van 10 MeV per cm komt dus overeen met een hellingsgetal van 1 en dus een hoek van 45 graden. diepte loopt. Vraag is hier dus: Op welk punt heeft de grafiek een helling van 45 graden? Dit is op (ongeveer) 22,5 cm.

Op woensdag 24 apr 2019 om 18:33 is de volgende reactie gegeven
Bedankt! Ik snap alleen deze zin niet; Een stopping-power van 10 MeV per cm komt dus overeen met een hellingsgetal van 1 en dus een hoek van 45 graden. De link tussen hellingsgetal van 1 en 45 graden..

Erik van Munster reageerde op woensdag 24 apr 2019 om 19:01
Hellingsgetal of richtingscoefficient (r.c.) heb je misschien bij wiskunde gehad? in een grafiek is het hellingsgetal gedefinieerd als

hellingsgetal = Δy / Δx

In woorden. Hoeveel de grafiek stijgt of daalt als de x-coordinaat "1" groter wordt. Een groot hellingsgetal betekent een steile grafiek. Hier is het zo dat bij een van 5 cm (hokje horizontaal) de grafiek 50 MeV (een hokje verticaal) daalt. Dus: Een hokje opzij = een hokje omlaag. Dit is in deze grafiek een lijn die 45 graden daalt.