Inloggen

Treinwielen
vwo 2023, 2e tijdvak, opgave 3




Vraag 13

Bij positie a in figuur 2 staan de treinwielen iets naar boven getekent. Dit betekent dat voor de bovenste wielen geldt dat ze op een plaats met een iets grotere diameter het spoor raken. Omdat beide wielen en de as één geheel vormen is de omwentelingstijd voor beide wielen hetzelfde. Het bovenste wiel, met de grotere diameter, legt dus in dezelfde tijd een iets grotere afstand af en gaat dus iets sneller en haalt het onderste wiel in. Hierdoor maken de wielen een bocht waardoor de wielen scheef komen te staan (positie b). Door deze scheve stand komen de wielen uiteindelijk in de situatie zoals in positie c waarin juist de onderste wielen de groterte diameter hebben en de bocht weer de andere kant op gaat. Deze beweging herhaalt zich waardoor de sinusloop ontstaat.



treinwielen-1




Als je de complete uitleg wil zien moet je eerst inloggen.






Vraag over "Treinwielen"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Treinwielen

Op maandag 19 mei 2025 om 17:53 is de volgende vraag gesteld
hoi, nog even een vraag op jouw antwoord; hoe had ik kunnen weten dat die aangegeven stroomlijnen zo lopen? hoezo gaan ze in punt q niet dezelfde kant op als punt p?

Erik van Munster reageerde op maandag 19 mei 2025 om 18:11
Eigenlijk moet je voor deze vraag eerst alleen maar kijken naar de stroomrichting binnen het vierkantje. De stroomrichting binnen het vierkantje is één kant op namelijk naar beneden (volgt uit de lorentzkracht en de linkerhand- (of fbi)- regel.

Daarna ga je kijken naar hoe de stroom dan loopt in punten P en Q (dat is wat je vragen). In de tekening zie je dat de stroomlijnen beneden van het vierkantje uiteen lopen naar links en rechts. Vandaar dat het in P en Q in tegengestelde richting loopt.


Op zondag 4 mei 2025 om 15:03 is de volgende vraag gesteld
Hoi, Ik had bij vraag 19 het volgende:

Fl = Bxqxv. FL en q blijven hetzelfde en zijn constant. Bij een lagere snelheid moet de magneetveldsterkte, B, groter worden. Dit gebeurt omdat hij v kleiner is.

Zou ik hier punten voor krijgen? Alvast bedankt!

Erik van Munster reageerde op zondag 4 mei 2025 om 15:15
Je zal in je antwoord dan ook iets moeten zeggen over de grootte van de wervelstromen. FL=B•q•v is prima om te gebruiken in je antwoord maar je zal dan ook moeten uitleggen welke v je bedoelt: De snelheid van het wiel of de snelheid die de elektronen in de wervelstroom hebben.

Kortom, je zal waarschijnlijk wel punten krijgen maar niet alle.

Anne Jung reageerde op zondag 4 mei 2025 om 15:21
Super bedankt!


Op donderdag 1 mei 2025 om 15:08 is de volgende vraag gesteld
Hoi!
waarom is in dit systeem de labda constant?

Erik van Munster reageerde op donderdag 1 mei 2025 om 16:03
Volgt uit de formule in deze opgave. Hier komt geen snelheid in voor. Alleen dingen die te maken hebben met de afmetingen van de rails en de wielen en zo. En die zijn in deze opgave allemaal constant. Vandaar dat de golflengte constant is.


Op vrijdag 25 apr 2025 om 15:33 is de volgende vraag gesteld
Hoe hadden we uit de opdracht kunnen halen dat wervelstromen niet om elektronen gaan? Want uit deze zin uit de opdracht: 'De elektronen in de schijf ondervinden dan een lorentzkracht waardoor de elektronen in de schijf gaan bewegen. Op deze manier ontstaan zogenaamde wervelstromen in de metalen schijf.' zou ik juist halen dat de wervelstroom wel uit elektronen bestaat.
Alvast bedankt!

Erik van Munster reageerde op vrijdag 25 apr 2025 om 16:19
Stroom bestaat, zoals bijna altijd, uit elektronen die in het metaal bewegen. Dat is wat stroom is: bewegende elektronen. In de opgave staat dit ook uitgelegd.

Alleen is wat we “stroomrichting” noemen altijd tegengesteld aan de snelheid van de elektronen. Ze vragen hier de stroomrichting aan te geven. Dit is gewoon de I die volgt uit de linkerhandregel die ze vragen.


Op maandag 21 apr 2025 om 18:12 is de volgende vraag gesteld
Beste meneer,

Ik snap vraag 18 niet zo goed. Ik begreep het deel over de stroom bepalen in M, maar wat bedoeld u met de aangegeven stroomlijnen volgen? En hoe haal je uit deze stroomlijnen dat het links/rechts is?

Alvast bedankt!

Erik van Munster reageerde op maandag 21 apr 2025 om 18:25
Is een lastige vraag omdat het niet in een keer duidelijk is wat in welke richting staat. Belangrijk is het inzicht dat het moet afremmen en dat de lorentzkracht de draaibeweging van het wiel tegen moet werken.

Met “de aangegeven stroomlijnen” bedoel ik de rode pijltjes in de rechterafbeelding. Als je ze volgt weet je de stroomrichtingen in punten P en Q.


Op zaterdag 11 mei 2024 om 11:49 is de volgende vraag gesteld
Is het belangrijk dat je de formule v=fλ gebruikt? als ik het uitreken met de trillingstijd kom ik ook uit op 20km/h.

Op zaterdag 11 mei 2024 om 13:42 is de volgende reactie gegeven
Nee hoeft niet. Maar uit je antwoord moet wel op de een of andere manier blijken dat je snapt dat λ constant is.

Op vrijdag 25 apr 2025 om 15:43 is de volgende reactie gegeven
waarom is in dit systeem de labda constant?


Op zaterdag 4 mei 2024 om 19:37 is de volgende vraag gesteld
Hallo, bij vraag 16:


Ik begrijp niet goed waarom de golflengte van de sinusloop wordt ingevuld in de formule voor de snelheid van het massaveersysteem? Ik begrijp ook niet zo goed wat nu precies de situatie is.

Alvast bedankt!

Op zaterdag 4 mei 2024 om 20:35 is de volgende reactie gegeven
De golflengte is constante en is al eerder uitgerekend. Met de gegevens in de opgave kun je de trillingstijd van het massaveersysteem van de vering van de trein uitrekenen.

Als je de trillingstijd en dus ook de frequentie weet gebruiken ze v=f*λ om uit rekenen bij welke snelheid resonantie plaatsvindt.

Het is dus niet zo dat de golflengte als snelheid wordt ingevuld.

Op zaterdag 4 mei 2024 om 21:59 is de volgende reactie gegeven
Bedankt. Klopt het dan dat de golflengte hetzelfde moet zijn voor resonantie? Ik dacht namelijk dat dit de frequentie of trillingstijd was.

Op zaterdag 4 mei 2024 om 22:22 is de volgende reactie gegeven
Voor resonantie moet inderdaad de trillingstijd en dus ook de frequentie hetzelfde zijn.

Dat de golflengte hetzelfde is is alleen in deze vraag zo.


Op dinsdag 6 feb 2024 om 07:16 is de volgende vraag gesteld
Vraag 18,

FBI-rule zegt dat de richting van de stroom naar beneden is, maar de richting van de stroom op (geladen deeltje(s)) elektronen is toch tegengesteld aan de richting van de stroom dus is het naar boven en niet naar beneden gericht?

Op dinsdag 6 feb 2024 om 17:17 is de volgende reactie gegeven
Klopt, maar in de opgave vragen ze naar de richting van de wervelstromen en niet naar de richting van de elektronen.

(Die bewegen inderdaad de andere kant op)