De beeldafstand kunnen we berekenen met de lenswet:
1/b = 1/f - 1/v
Invullen van f = 0,050 m en v = 0,138 mm geeft
1/b = 1/0,050 - 1/0,138
1/b = 20 - 7,24638 = 12,7536
b = 1/12,7536 = 0,07841 m
Afgerond is dit 78 mm.
Opgave b
Voor de vergrotingsfactor geldt N = b/v. Invulen van b = 0,07841 m en v = 0,138 m geeft
N = 0,07841 / 0,138 = 0,56818
De vergroting is dus afgerond 0,57.
Opgave c
De beeldafstand berekenen opnieuw met de lenswet:
1/b = 1/f - 1/v
Invullen van f = 0,050 m en v = 6,5 m geeft
1/b = 1/0,050 - 1/6,5
1/b = 20 - 0,153846 = 19,6462
b = 1/19,6462 = 0,05039 m
Afgerond is dit 50 mm.
Opgave d
We berekenen de beeldafstand bij een voorwerpsafstand groter dan 6,5 m. We kiezen als voorbeeld v = 10 m:
1/b = 1/f - 1/v
Invullen van f = 0,050 m en v = 10 m geeft
1/b = 1/0,050 - 1/10
1/b = 20 - 0,1 = 19,9
b = 1/19,9 = 0,05025 m
Afgerond is dit ook gelijk 50 mm. Hoe groter de voorwerpsafstand die we kiezen hoe meer de beeldafstand de brandpunsafstand zal naderen.
We kunnen dit ook aan de formule zien:. Naarmate v groter wordt wordt 1/v kleiner. Als 1/v zo klein wordt dat het verwaarloosbaar wordt geldt
1/b = 1/f
en dus geldt vanaf een bepaalde afstand b=f.
Opgave e
De kerktoren staat op een afstand van 180 m. We mogen er dus vanauit gaan dat b in dit geval gelijk is aan f. Dit is namelijk véél verder dan 6,5 m waarvan we eerder al hebben gezien dan zelf bij deze afstand de beeldafstand gelijk is aan de brandpuntsafstand. Voor de vergrotingsfactor vinden we
N = b/v = 0,050 / 180 = 2,777778·10-4
De hoogte van de afbeelding van de kerktoren op de beeldchip is dus 2,777778·10-4 keer de werkelijke hoogte
2,777778·10-4 · 70 m = 0,01944 m
De hoogte van de afbeelding van de kerktoren op de beeldchip is dus afgerond 19 mm. Dit is kleiner dan de chip zelf en de kerktoren zal dus op de foto passen.
Vraag over opgave "Fotocamera"?
Hou mijn naam verborgen voor andere bezoekers
Sorry
: (
Als je een vraag wil stellen moet je eerst inloggen.