250 km/h is 69,444 ms-1. Per seconde gaat er 2,8 ms-1 van deze snelheid af. Voor de remtijd geldt t = Δv/a. Invullen van Δv = 69,4444 ms-1 en a = 2,8 ms-1 geeft t = 24,8 s. Afgerond 25 s.
Opgave b
De gemiddelde snelheid tijdens het afremmen is (vbegin + veind)/2. Invullen van vbegin=69,444 ms-1 en veind = 0 geeft vgemiddelde = 34,722 ms-1. Dit is inderdaad de helft van de beginsnelheid. Afgelegde afstand tijdens het remmen: s = vgemiddelde ·trem. Invullen geeft s = 861,1 m. Remmen begint op 200 m vanaf het begin dus vanaf begin van de baan is de remweg 1061,1 m. Einde van de baan ligt op 1200 m vanaf het begin. Er is dus nog 1200 - 1061,1 m = 138,9 m over. Afgerond is dit 1,4·102 m.
Opgave c
De gemiddelde snelheid die het vliegtuig heeft tijdens de landing is de helft van de vbegin. Voor de remtijd geldt trem = s/vgemiddeld dus
trem = 1200/(0,5*vbegin)
Voor de versnelling geldt a = vbegin / trem. Als we hierin trem vervangen door de formule hierboven vinden we
a = vbegin / (1200/(0,5*vbegin))
Als we boven en onder de deelstreep met vbegin vermenigvuldigen volgt hieruit
a = 0,5*vbegin2 / 1200
Voor de beginsnelheid volgt dan
vbegin2 = a *1200 / 0,5
vbegin=√ a·1200/0,5
De beginsnelheid kunnen we nu uitrekenen door invullen van a = 3,5 ms2. Uitkomst: vbegin = 91,65 ms-1. Dit is 330 km/h. Afronden op twee cijfers.
Vraag over opgave "Landingsbaan"?
Hou mijn naam verborgen voor andere bezoekers
Sorry
: (
Als je een vraag wil stellen moet je eerst inloggen.
Eerder gestelde vragen | Landingsbaan
Op donderdag 25 mei 2017 om 12:52 is de volgende vraag gesteld hallo
bij vraag a staat een vertraging van 2,8 m/s kwaadraat, dit betekent toch dat op seconde 2 de vertraging 5,6 bedraagt?
hierdoor zou het vliegtuig in minder 7 seconde stil staan volgens mij.
ik hoop dat u mij verder kunt helpen.
alvast bedankt
Erik van Munster reageerde op donderdag 25 mei 2017 om 17:54 De eenheid m/s^2 kun je beter lezen als m/s per seconde. Dat wil zeggen "Met hoeveel m/s de snelheid afneemt in één seconde".
In de eerste seconde neemt de snelheid dus af van 69,444 m/s naar 66,644 m/s
In de tweede seconde neemt de snelheid af van 66,644 m/s naar 63,844 m/s
De snelheid is in twee seconden dus inderdaad met 5,6 m/s afgenomen. Elke volgende seconde gaat er weer 2,8 m/s van de snelheid af.
Om van de beginsnelheid van 69,444 m/s af te remmen tot 0 m/s heb je dus 69,444/2,8 = 24,8 seconden nodig.
Op zondag 6 nov 2016 om 13:58 is de volgende vraag gesteld Hallo,
Bij onderdeel c, moet ik hier als Vbegin 250 km/h invullen of 69,44 m/s?
Het is voor mij niet duidelijk genoeg hoe het hier staat. Zou u ook de formules willen invullen zodat ik weet welke getallen waar ingevuld worden. bedankt.
groeten,
Esra
Erik van Munster reageerde op zondag 6 nov 2016 om 15:35 Bij vraag c is het juist de vraag wat de beginsnelheid is. Je hoeft dus nergens een vbegin in te vullen. De uitkomst van de berekening is vbegin in m/s. In de laatste stap reken ik het om naar km/h.
Mocht je het moeilijk vinden: Geen paniek: Dit is een ingewikkelde opgave die waarschijnlijk moeilijker is dan wat je in een toets of examen zal krijgen. Het is niet een kwestie van het invullen van een formule maar een berekening met veel stappen. Ik heb het iets duidelijker gemaakt door de stappen wat meer apart op te schrijven.