Het volume hebben Loubna en Vera steeds zelf gekozen. Het volume is dus de onafhankelijke grootheid. De massa is dus de afhankelijk grootheid.
Opgave b
Zie afbeelding hieronder. Op de x-as komt de onafhankelijke grootheid te staan. In dit geval volume. Door als grootste waarde op de x-as 300 mL te kiezen is er een logische schaalverdeling en passen alle meetwaarden er netjes op. Bij de y-as is het het handigst om 200 g als maximale waarde te kiezen.
Opgave c
Aan de punten is duideijk te zien dat ze op een rechte lijn liggen. Omdat als het volume 0 is zeker is dat de massa ook 0 is moet deze rechte lijn in ieder geval door het punt (0,0) lopen. Als je je geodriehoek langs de punten legt zie je dat er is geen rechte lijn mogelijk waar alle meetpunten precies op liggen. Dit betekent dat er een rechte lijn getrokken moet worden die er zo goed mogelijk bij past. Dit heeft als gevolg dat vrijwel alle punten nét iets boven of onder de lijn vallen. De lijn wordt zodanig getrokken dat de afwijkingen minimaal zijn.
Opgave d
In BINAS tabel 35-C1 vinden we de formule voor de dichtheid:
ρ = m/V
De betekenis van de symbolen:
ρ = dichtheid in kg m-3 m = massa in kg V = volume in m3
(In principe is het altijd zo dat in formules de waarden altijd in de basiseenheid voor de betreffende grootheid worden ingevuld. Welke basiseenheid bij een bepaalde grootheid hoort is terug te vinden in BINAS tabel 4)
Opgave e
Volgens Loubna moet V = 250 mL en m = 193,2 g gebruikt worden voor het bepalen van de dichtheid. Ze heeft gelijk dat de fout hier relatief het kleinst is maar dit is niet de meest nauwkeurige manier. De meest nauwkeurige manier is het gebruiken van de lijn. Dit komt omdat deze lijn gebaseerd is op alle metingen en niet slechts op één metingen. Vera heeft dus gelijk dat de lijn gebruikt moet worden maar het is wel zo dat van deze lijn het beste de grootste waarde kan worden afgelezen omdat de fout hier relatief het kleinst is. Zie afbeelding hieronder: We lezen als grootste waarde van de lijn af: V = 254 mL / m =200 g. Omrekenen naar m3 en kg en invullen in de formule geeft
ρ = m/V = 0,200 / 2,54·10-4 = 787,4016 kg m-3
Afgerond is dit 0,79·103 kg m-3.
Opgave f
In BINAS tabel 11 vinden we voor de dichtheden:
ρaceton = 0,79 ·103 kg m-3 ρalcohol = 0,80 ·103 kg m-3 ρbenzine = 0,72 ·103 kg m-3 ρglycerol = 1,26 ·103 kg m-3 ρspititus = 0,85 ·103 kg m-3 ρwater = 0,9982 ·103 kg m-3
De dichtheid van aceton zit dus het dichst bij de gemeten waarde. (Het verschil met alcohol is echter wel erg klein)
Vraag over opgave "Onbekende vloeistof"?
Hou mijn naam verborgen voor andere bezoekers
Sorry
: (
Als je een vraag wil stellen moet je eerst inloggen.
Eerder gestelde vragen | Onbekende vloeistof
Over "Onbekende vloeistof" zijn nog geen vragen gesteld.