Vanwege de punten 1 en 2 hierboven vallen A en C af. Blijft over B en D. In beide situaties is de barriere hetzelfde. Enige verschil is de breedte van de put. Het deeltje bevindt zich in beide situaties in de grondtoestand. Voor de energie van een opgesloten deeltje geldt in de grondtoestand (n=1)
Aangezien de breedte van de put (L) in de noemer staat geldt dat de smalste put de hoogste energie heeft. Het deeltje in put D heeft dus de hoogste energie en de grootste kans om te ontsnappen.
Eerder gestelde vragen | Ontsnappingskans
Op maandag 17 apr 2023 om 14:49 is de volgende vraag gesteld
Je kan toch ook zeggen voor je laatste argument, omdat L kleiner is betekend dit dat er meer golfverschijnselen zullen optreden en daarom een grotere kans heeft op quantum effecten.
Erik van Munster reageerde op maandag 17 apr 2023 om 15:38
Klopt, als L heel groot is zullen er helemaal geen quantumverschijnselen zijn en dus ook geen tunneleffect.
Op vrijdag 22 jun 2018 om 10:34 is de volgende vraag gesteld
Hallo Erik,
De breedte van de put wordt toch niet aangeduid met L? Ik dacht dat L stond voor de hoogte van de put...
Erik van Munster reageerde op vrijdag 22 jun 2018 om 11:23
L is de breedte van de energieput. De hoogte van een energieput wordt meestal aangeduid met E.
Als je het tegenkomt in een opgave kun je het vaak ook zien aan de eenheden. L wordt gegeven in meters of nm. De hoogte van de energiebarriere wordt gegeven in eV of Joule.