Sterren ontstaan als er in een grote wolken waterstofgas verdichtingen ontstaan. Sterren komen na hun geboorte in de hoofdreeks terecht. De massa van de ster bepaalt de plaats waar ze terecht komen. Grote zware sterren staan linksboven in de hoofdreeks, kleine lichte sterren staan rechtsonder in de hoofdreeks. Sterren blijven hier min of meer op dezelfde plaats op de hoofdreeks totdat alle waterstof in de kern op is en ze de hoofdreeks verlaten om rode reus te worden. Als in een HR-diagram van een sterpopulatie nog geen rode reuzen te zien zijn, zoals in afbeelding B, betekent dit dat er alleen maar jonge sterren in zitten. Het moment waarop een ster rode reus wordt hangt af van de massa. In tegenstelling tot wat je zou verwachten zijn zware sterren eerder 'op' dan lichte sterren. In een groep sterren van dezelfde leeftijd kun je aan de sterren die nog over zijn in de hoofdreeks zien wat de gemeenschappelijke leeftijd is. In afbeelding C is dit het geval. Het hele gedeelte linksboven is al rode reus geworden en het gedeeltje linksonder nog niet. Dit is dus het HR-diagram van een groep sterren met dezelfde leeftijd die al wat ouder is. De overgebleven afbeelding (A) is van een groep sterren met alle leeftijd door elkaar. Er zijn sterren linksboven in de hoofdreeks te zien terwijl er ook al sterren rode reus zijn geworden die dus ouder zijn. De sterren kunnen hier dus nooit allemaal dezelfde leeftijd hebben. Samengevat:
Eerder gestelde vragen | Sterpopulatie
Op donderdag 19 mrt 2020 om 11:22 is de volgende vraag gesteld
Hoi Erik,
Waarom staan zware sterren meer naar links in de hoofdreeks? Is dat af te leiden van een formule?
Dankjewel!
Erik van Munster reageerde op donderdag 19 mrt 2020 om 11:43
Dat is af te leiden aan wat er op de horizontale en verticale as van het diagram staat. Links betekent "heet" want: hoge temperatuur. Boven betekent "helder" want: grote lichtkracht. Sterren helemaal linksboven zijn dus heet en helder en dit zijn grote sterren.
Je zou het ook kunnen uitrekenen. Als je van een ster linksboven T en L/Lzon afleest kun je met de wet van Stefan-Boltzmann het buitenoppervlak (A) uitrekenen en daarna de straal. Als je deze straal dan vergelijkt met de straal van andere sterren in Binas tabel 32 kom je er vanzelf achter dan het een hele grote ster is.