De A staat voor Ampère: De eenheid van stroomsterkte.
Stroomsterkte is de hoeveelheid elektrische lading die per seconde ergens doorheen stroomt. Een Ampère betekent één Coulomb lading per seconde. 1,4 A betekent dus dat er 1,4 C per seconde door het lampje stroomt.
In 15 minuten zitten 15·60 = 900 s. De totale lading die in deze tijd door het lampje stroomt is dus
C.
Het lampje is opgenomen in een gesloten stroomkring waarin de lading rondstroomt. Alle lading die het lampje in stroomt verlaat het lampje ook weer. Het lampje 'verbruikt' dus geen stroom. Wel is het zo dat de door het lampje stromende lading zijn energie afgeeft. Er wordt dus wel energie verbruikt maar geen lading. Irene heeft dus gelijk.
Eerder gestelde vragen | Stroom
Op vrijdag 17 mei 2024 om 11:29 is de volgende vraag gesteld
Goedemorgen heer Van Munster,
Mag je het antwoord bij vraag C ook als volgt berekenen: 1,4 A * 60 s * 15 minuten.
Dan kom je namelijk ook uit op 1.260 C.
Erik van Munster reageerde op vrijdag 17 mei 2024 om 13:58
Ja hoor, is ook prima.
Op zaterdag 30 dec 2023 om 16:38 is de volgende vraag gesteld
Goedendag meneer van Munster,
Mag je bij het eindantwoord van opdracht 4C ook de eenheid ampère gebruiken i.p.v. Coulomb? Dus 1,3·10^3 A
Erik van Munster reageerde op zaterdag 30 dec 2023 om 17:33
Als het over de lading die in één seconde ergens doorheenloopt zou gaan dan zou de stroomsterkte (in Ampère) en de lading (in Coulomb) hetzelfde zijn.
Maar dat is hier niet zo. En ze vragen hier echt om hoe groot de lading is en niet om de stroomsterkte. Vandaar dat het Coulomb moet zijn.
Op dinsdag 25 okt 2022 om 23:02 is de volgende vraag gesteld
bij vraag c: moet toch stroomsterkte gedeeld door tijd en niet keer.
want de formule van stroomsterkte is lading gedeeld door tijd en als wij de symbolen verplaatsen om de juiste formule te hebben dan krijgen wij stroomsterkte gedeeld door tijd????????
Erik van Munster reageerde op dinsdag 25 okt 2022 om 23:34
De formule (eigenlijk definitie) van stroomsterkte is lading (Q) gedeeld door tijd (t):
I = Q/t
Als je dit omschrijft moet je beide kanten met t vermenigvuldigen en je krijgt dan
I*t = Q
Om de lading te berekenen doe je dus stroomsterkte keer tijd.