. Dit betekent dat er een omgekeerd kwadratisch verband is tussen de gravitatiekracht en de afstand r. Als r twee keer zo groot is is de gravitatiekracht vier keer zo klein.
Lex lijkt niet in te zien dat r niet de hoogte is maar de afstand tussen het middelpunt van de aarde. Het is dus niet zo dat hij op verschillende verdiepingen van zijn school een andere gravitatiekracht zal meten. Ten opzichte van de afstand tot het middelpunt van de aarde is het verschil in r namelijk verwaarloosbaar. Het omgekeerd kwadratisch verband is er dus wel maar niet ten opzichte van het aardoppervlak maar ten opzichte van het middelpunt van de aarde.
Babette heeft in de praktijk gelijk dat de hoogte niet uitmaakt. Met F
=m·g is de zwaartekracht goed uit te rekenen en inderdaad zal de hoogte niet uitmaken. Wanneer de hoogte echter heel groot wordt óf je heel nauwkeurig zou gaan meten moet de de wel formule voor gravitatiekracht gebruikt worden.
Eerder gestelde vragen | Verband
Op zondag 29 okt 2023 om 21:34 is de volgende vraag gesteld
Hallo Erik, wanneer weet je of je de formule voor gravitatiekracht moet gebruiken? Vanaf welke hoogte is dat, waar zit de grens? En waarom moet je dan per se de formule voor gravitatiekracht gebruiken en niet de reguliere Fz = mg formule? Bij voorbaat dank :)
Erik van Munster reageerde op zondag 29 okt 2023 om 22:07
Als je de formule voor gravitatiekracht gebruikt met r de aardstraal en M de aardmassa dan kom je uit op 9,81 keer m. Maakt dus niet uit welke formule je gebruikt.
Maar, het is natuurlijk veel makkelijker om Fz = 9,81*m uit te rekenen dus dat gebruik je in normale situaties op aarde.
Pas als je op 100 km of hoger zit merk je iets van de afnemende zwaartekracht en heb je gravitatieformule nodig.