De verbrandingwarmte van Gronings aardgas staat in BINAS tabel 28B: 32·106 Jm-3. Bij verbranden van 0,031 m3 komt dus 0,031·32·106 = 9,92·105 J vrij.
Opgave b
De verbrandingwarmte van benzine staat in BINAS tabel 28B: 33·109 Jm-3. 61 mL is gelijk aan 61·10-6 m3. Bij verbranden van 61 mL benzine komt dus 61·10-6 · 33·109 = 2,016·106 J vrij.
Opgave c
Voor de zwaarte-energie van de bowlingbal geldt Ez = m·g·h. Invullen van m = 7,0 kg, g = 9,81 ms-2 en h = 120 m geeft Ez = 7,0·9,81·120 = 8,2404·103 J.
Opgave d
Voor de kinetische energie van de auto geldt Ekin = ½mv2. Invullen van m = 1000 kg en v = 18,0556 ms-1 ( = 65 km/h) geeft Ekin = ½·1000·(18,0556)2 = 1,63·105 J.
De MEESTE ENERGIE komt dus vrij bij het verbranden van 61 mL benzine. Dit is ongeveer de inhoud van een espressokopje.
Vraag over opgave "Vergelijking"?
Hou mijn naam verborgen voor andere bezoekers
Sorry
: (
Als je een vraag wil stellen moet je eerst inloggen.
Eerder gestelde vragen | Vergelijking
Op woensdag 28 mrt 2018 om 10:19 is de volgende vraag gesteld Waarom moet er geen rekening gehouden worden met Ek in opdracht c? Ik snap eigenlijk niet zo goed wanneer je welke moet berekenen (en wanneer je beide moet berekenen). In dit geval dacht ik dat W totaal= Ek- Ez was.
Erik van Munster reageerde op woensdag 28 mrt 2018 om 10:40 Eigenlijk hou je wél rekening met Ek. Als een bowlingbal naar beneden valt wordt zwaarte-energie namelijk omgezet in kinetische energie. He antwoord op de vraag van 8,2404·10^3 J ís dus kinetische energie. (totdat de bal op de grond botst en weer omgezet wordt in warmte).
Arbeid (W) verricht door zwaartekracht is ook 8,2404·10^3 J en deze arbeid is dus gegaan naar het laten toenemen van de kinetische energie van 0 J naar 8,2404·10^3 J.