Inloggen

Virtuele beelden

Ook als er geen echt beeld geprojecteerd kan worden kan er een beeld gevormd worden door een lens. Een dergelijk beeld wordt een virtueel beeld genoemd. In deze videoles wordt uitgelegd hoe dit precies in zijn werk gaat.
5 820
0:00 Start
0:22 Voorbeeld beeldvormig
1:51 Virtueel en reëel beeld
2:17 Positieve en negatieve v en f
2:39 Samenvatting

Voorkennis

Beeld, lens, brandpuntsafstand, constructietekening

Moet ik dit kennen?

De stof in videoles "Virtuele beelden" hoort bij:

HAVO:       Keuzeonderwerp(SE)
VWO: : geen examenstof


Test jezelf - "Virtuele beelden"

Maak onderstaande meerkeuzevragen, klik op 'nakijken' en je weet meteen de uitslag. Als je één of meer vragen fout hebt moet je de videoles nog maar eens bekijken.
Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Met een positieve lens met brandpuntsafstand f wordt van een voorwerp op afstand v een beeld gemaakt. Wanneer ontstaat een reëel beeld?

Met een negatieve lens met brandpuntsafstand f wordt van een voorwerp op afstand v een beeld gemaakt. Wanneer ontstaat een reëel beeld?

Is het volgende waar? 'Een virtueel beeld kun je niet zien'

als v > f
als v < f
nooit
als v > f
als v < f
nooit
Ja
Nee
Alleen bij negatieve lenzen


Extra oefenmateriaal?

Oefenopgaven over het onderdeel licht & lenzen vind je in:
FotonLichtLenzenHAVO.pdf

Examenopgaven

Recente examenopgaven waarin "Virtuele beelden" een rol speelt (havo/vwo):
Waterkan (v), Diamant (v),

Vraag over videoles "Virtuele beelden"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Virtuele beelden

Op zaterdag 7 apr 2018 om 11:09 is de volgende vraag gesteld
Hallo, zou u mij kunnen helpen met de volgende vraag:
Voordat Fatima weer op de terugweg gaat maakt zij een foto van de kerk die in het dorp in het dal staat. Haar fototoestel heeft een zoomlens met een brandpuntsafstand van 200 mm. De kerktoren is 85 meter hoog en heeft op de sensor van haar fototoestel een hoogte van 4,0 mm. Bereken de afstand tussen de kerktoren en haar fototoestel.
Ik begrijp niet hoe je dit moet aanpakken.
Alvast bedankt!

Erik van Munster reageerde op zaterdag 7 apr 2018 om 12:16
Ik zal je op weg helpen: De afstand tussen de kerk en het fototoestel is de voorwerpsafstand. De opgave is dus om v te bepalen. Als de kerktoren precies in het beeld past heeft het beeld een hoogte van 4,0 mm. De kerktoren is dan in werkelijkheid 85/0,004 = 20000 keer zo groot. De vergrotingsfactor (N) is dan dus 1/20000 = 5*10^-5. Voor de vergroting (N) geldt.

N = b/v

N=vergrotingsfactor
b = beeldafstand (m)
v = voorwerpsafstand (m)

Omdat de kerk véél verder staat dan de brandspuntsafstand van de lens is de beeldafstand gelijk aan de brandspuntsafstand. Dus: b = 200 mm = 0,200 m. Als b en N bekend zijn kun je met bovenstaande formule de voorwerpsafstand uitrekenen.

Hoop dat je hier iets verder mee komt...


Bekijk alle vragen (5)



Op zondag 11 mrt 2018 om 10:54 is de volgende vraag gesteld
Bij dit filmpje staat dat de brandpunt voorkennis is. In welk filmpje wordt dit uitgelegd?

Erik van Munster reageerde op zondag 11 mrt 2018 om 11:57
In de videoles "Lenzen" wordt uitgelegd wat er met brandpunt wordt bedoeld. In de videoles "Positieve Lenzen" wordt uitgelegd hoe je het brandpunt kunt gebruiken om de loop van een willekeurige lichtstraal te construeren.


Op donderdag 12 mrt 2015 om 08:47 is de volgende vraag gesteld
U gebruikt in dit filmpje een positieve lens, maar moet dat geen negatieve lens zijn?

Erik van Munster reageerde op donderdag 12 mrt 2015 om 12:40
Ook met een positieve lens kun je een virtueel beeld krijgen. Namelijk als de voorwerpsafstand kleiner is dan de brandpuntsafstand.

Bij negatieve lenzen heb je altijd een virtueel beeld en bij een positieve lens dus alleen in sommige situaties.

Antwoord dus: Nee het hoeft geen negatieve lens te zijn om een virtueel beeld te krijgen.


Op donderdag 1 mei 2014 om 18:36 is de volgende vraag gesteld
Hoe teken je het virtuele beeld van een voorwerp, waarvan de voorwerpafstand kleiner is dan de brandpuntsafstand bij een negatieve lens?

Erik van Munster reageerde op donderdag 1 mei 2014 om 18:52
Dag Phumie,

Je maakt hiervoor dezelfde stappen als in de videoles:

1 teken twee lichtstralen vanuit het voorwerp naar de lens.
2 teken hoe de lichtstralen verder gaan.
3 bepaal waar de lichtstralen elkaar (lijken te) kruisen.

Het enige verschil is dat bij een negatieve lens de regels van hoe een lichtstraal door de lens loopt anders zijn. Als je dit niet meer weet: zie de videoles "negatieve lenzen".

Op donderdag 1 mei 2014 om 19:15 is de volgende reactie gegeven
Is het dan zo dat het virtuele beeld en de beeldafstand altijd kleiner is dan de voorwerp(-afstand)?

Erik van Munster reageerde op donderdag 1 mei 2014 om 19:30
Als je daarmee bedoeld dat bij een negatieve lens het beeld altijd dichterbij de lens licht dan het voorwerp: Ja dat klopt.


Op zaterdag 28 dec 2013 om 23:22 is de volgende vraag gesteld
Op de site hieronder staat een vraag over lenzen : http://frp.home.xs4all.nl/CCVX/Voorbeeldtentamen%20CCVN%20no1.pdf. ( Opgave 2 optica vraag 1 ). De lens is negatief nietwaar?

Erik van Munster reageerde op zondag 29 dec 2013 om 18:55
In de opgave wordt van een voorwerp een beeld geprojecteerd op een scherm. Dit kan alleen maar bij een positieve lens. Bij een negatieve lens is het beeld namelijk altijd virtueel en kun je het dus nooit projecteren ergens op.