Inloggen

Vloeistofdruk

Net zoals in gassen heerst ook in vloeistof een bepaalde druk. Dit merk je bijvoorbeeld als je bij het zwemmen heel diep duikt. Je voelt de druk op je oren dan toenemen. Vloeistof druk hangt af van de diepte maar ook van het soort vloeistof. In een vloeistof met een grote dichtheid, zoals bijvoorbeeld kwik, neemt de druk veel sneller toe dan in water. In deze videoles wordt uitgelegd waardoor dit komt.
FAQ
8 2261
0:00 Start
0:16 Druk op diepte h
1:48 p = h·ρ·g
2:40 Rol van buitendruk (p0)
3:15 Praktijksituaties
4:49 Eenheid mmHg
5:11 Samenvatting

Voorkennis

Druk, molecuul

Formules

 
Druk in vloeistoffen p = druk (Pa)
ρ = dichtheid (kg/m3)
g = 9,81 m/s2 (op aarde)
h = diepte (m)

Moet ik dit kennen?

De stof in videoles "Vloeistofdruk" hoort bij:

HAVO:       geen examenstof
VWO: : geen examenstof


Test jezelf - "Vloeistofdruk"

Maak onderstaande meerkeuzevragen, klik op 'nakijken' en je weet meteen de uitslag. Als je één of meer vragen fout hebt moet je de videoles nog maar eens bekijken.
Vraag 1
Vraag 2
Vraag 3
Hoeveel Pascal is 760 mm Hg?

Hoe hoog is de druk 20 m diep onder zee?

Een spaceshuttle en een duikboot moeten allebei tegen grote drukverschillen bestand zijn. Welke van de twee moet het grootste drukverschil kunnen weerstaan?

1,01 Pa
760 Pa
1,01·105 Pa
2,0 bar
3,0 bar
4,0 bar
spaceshuttle
duikboot
even groot


Extra oefenmateriaal?

Oefenopgaven over het onderdeel gassen & druk vind je in:
FotonMaterieMoleculenVWO.pdf

Vraag over videoles "Vloeistofdruk"?


    Hou mijn naam verborgen

Eerder gestelde vragen | Vloeistofdruk

Op maandag 10 jul 2023 om 13:02 is de volgende vraag gesteld
Hallo Erik, zou dit ook kunnen voorkomen bij CCVX?

Erik van Munster reageerde op maandag 10 jul 2023 om 15:05
Het onderwerp druk en een aantal bijbehorende formules om druk te berekenen hoort wel bij de CCVX-stof (bij het onderdeel "Eigenschappen van Stoffen en Materialen") maar deze formule (p = ρ·g·h) om druk onderin een vloeistof te berekenen staat hier niet bij. Dat betekent dat je de formule niet hoeft te kennen en dat als er een vraag over komt dat er genoeg uitleg bij zal staan om de opgave te kunnen maken.

Zou het dus niet apart gaan leren voor je CCVX-toets.


Bekijk alle vragen (8)



Op zondag 1 mrt 2020 om 11:44 is de volgende vraag gesteld
Beste Erik,

Waarom heb je wij bij vraag 2 niet de dichtheid van zeewater gebruikt, maar de dichtheid van het water?

Erik van Munster reageerde op zondag 1 mrt 2020 om 13:15
Klopt, eigenlijk zou je hier de dichtheid van zeewater moeten gebruiken en niet die van zuiver water. Maar het verschil is zó klein dat het voor het uiteindelijke afgeronde antwoord niks uitmaakt. Je komt nog steeds op 3,0 bar uit.


Op woensdag 6 mrt 2019 om 21:03 is de volgende vraag gesteld
Beste Erik, bij de volgende opdracht snap ik niet zo goed hoe je moeten weten wat er bij komt, kunt u dat misschien uitleggen?
‘Bij een patiënt wordt een infuusvloeistof ingebracht door middel van een infuus zonder pomp. De dichtheid van de infuusvloeistof is gelijk aan die van water. Het blijkt dat de infuusvloeistof doorloopt als de fles met infuusvloeistof op een hoogte hangt van minstens 20 cm boven de infuusnaald. De druk in het bloedvat waar de infuusnaald in aangebracht is bedraagt de luchtdruk plus:
Antwoord opties:
2 kPa, 20 kPa of 200 kPa.'

Erik van Munster reageerde op woensdag 6 mrt 2019 om 22:00
Er onstaat een drukverhoging doordat de infuusfles hoger hangt. Hoe groot deze drukverhoging is kun je uitrekenen met de formule waar deze videoles over gaat. Je komt dan vanzelf op (afgerond) 1 van de 3 antwoorden...


Op dinsdag 24 apr 2018 om 19:26 is de volgende vraag gesteld
hallo,
Ik snap niet het verschil tussen een macro en micro beschouwing.

Erik van Munster reageerde op dinsdag 24 apr 2018 om 21:58
Met microbeschouwing wordt bedoeld wat er met de moleculen gebeurt in een bepaalde situatie.

Macrobeschouwing is wat we zelf zien gebeuren met een vloeistof.

Als het goed is kun je met een microbeschouwing verklaren waarom iets in de macro-wereld gebeurt.


Op vrijdag 23 jun 2017 om 10:46 is de volgende vraag gesteld
Hoi, ik heb een vraag over de formule voor volumetoename. Geldt deze formule alleen voor gassen? Of kan ik bij vaste stoffen hetzelfde gebruiken? En is het kubieke uitzettingcoëfficient altijd 0,00367? Of soms anders? Staat dit ook in binas? Het is een beetje onduidelijk voor mij.

Erik van Munster reageerde op vrijdag 23 jun 2017 om 11:11
Bij gassen geldt de ideale gaswet en volumetoename gassen kun je met deze wet uitrekenen.

De uitzettingscoefficient gebruik je alleen bij vloeistoffen van vaste stoffen. Dit verschilt van stof tot stof en kun je in BINAS tabellen 8,9,10 en 11 vinden.


Op dinsdag 23 feb 2016 om 15:23 is de volgende vraag gesteld
Bij antwoord 2 moet je de luchtdruk meerekenen;dit is verwarrend aangezien dat in het filmpje niet gebeurt (op een terloopse opmerking ba). Vervolgens wordt in vraag 3 het antwoord van 3 bar gebruikt,zonder rekening te houden met het feit dat de druk in de duikboot zelf ~1 bar bedraagt.

Erik van Munster reageerde op dinsdag 23 feb 2016 om 15:35
Klopt wat je zegt. Bij vraag 2 is niet in een keer duidelijk dat de absolute druk bedoeld wordt en niet het drukverschil ten opzichte van het oppervlak. Bij de space-shuttle en de duikboot gaat het echt om het drukverschil tussen binnen en buiten (dit is namelijk wat de wand moet kunnen weerstaan).

Ook in opgaven over druk is soms niet helemaal duidelijk of het om de absolute druk gaat of over drukverschil. Over het algemeen geldt dat als de vraag gaat over krachten ten gevolge van een druk, dat je moet kijken naar het drukverschil.


Op zaterdag 17 aug 2013 om 20:35 is de volgende vraag gesteld
moet op elk voorwerp de standaardruk berekent worden + de druk die door andere voorwerpen erop werken?

Erik van Munster reageerde op zaterdag 17 aug 2013 om 23:28
De standaarddruk geldt alleen op aarde en alleen voor niet-afgesloten ruimtes. In andere situaties kun je niet automatisch van de standaarddruk uitgaan.


Op maandag 15 apr 2013 om 15:30 is de volgende vraag gesteld
Hoi Erik,
Bij vraag 2 moet toch de dichtheid van zeewater worden gebruikt?

Erik van Munster reageerde op maandag 15 apr 2013 om 17:48
Klopt, maar het verschil tussen de dichtheid van water en zeewater is zo klein dat het geen verschil maakt als je je antwoord afrond: Het blijft 3,0 bar.